‘Aartsvaders’ verwijst naar de bijzondere rol in de geschiedenis van Abraham en zijn zonen. God die een verbond sloot met Abraham en beloofde dat zijn nakomelingen rijk gezegend zouden worden.
Daar dacht ik aan bij de titel van een artikel uit het FD over de aartsvaders van de accountancy, die streng en onafhankelijk waren, met een onfeilbaar moreel kompas. Wie verlangt er niet terug naar deze tijden?
Het debat over het morele kompas van accountants wordt steeds harder en luider gevoerd, zowel in Nederland als internationaal. Vanuit dat perspectief heeft onze voorzitter Marco van der Vegte een mooi opiniestuk geschreven, met daarin de frase “Het gaat alleen lukken als de sector zich ontvankelijk betoont voor maatschappelijke kritiek, bereid is zich kwetsbaar op te stellen en het lef heeft om onconventionele maatregelen te nemen ten aanzien van cultuur, gedrag en organisatie.”
Ambacht
Afgelopen zomer las ik het boek van Margreeth Kloppenburg over de beroepseer van de accountant. Een aanrader. Om onze eigen professionele oordeelsvorming op een goede manier te verankeren in de gedragscode is een lastige taak. Als basis voor goed werk gelden de uitgangspunten excellence (voortreffelijk vakmanschap), engagement (persoonlijke betrokkenheid) en ethics (morele verantwoordelijkheid), aldus Kloppenburg.
Maar in de huidige praktijk zie ik meer en meer gebeuren dat de accountant zijn professie uitvoert vanuit externe druk en regelgeving en niet meer vanuit zijn beroepseer. Dan loopt de toekomstbestendigheid van ons vak gevaar. Volgens mij gaat het om de vraag ‘Hoe krijgen we het aloude ambacht, zoals onze aartsvaders ons dat hebben geleerd, weer terug in onze beroepsgroep?’
Terug naar de bevlogen woorden van Marco over ‘lef’ en ‘onconventioneel’. Hierin ligt ruimte voor vernieuwing. Zullen we een poging wagen? Terug naar de menselijkheid, weg met de hiërarchie.
Wendbaar
Organisaties van de toekomst worden op een andere manier georganiseerd; holistisch en in kleine wendbare teams, waarbij er ruimte is voor ontwikkeling en inspiratie. Onze jonge mensen willen tijd en ruimte hebben voor reflectie, zie het rapport van NBA Young Profs. En hoe belangrijk is dat als we praten over professionele oordeelsvorming? Dan gaat het over reflectie en afweging, niet over ‘vinklijstjes’.
Ik daag de bestuursvoorzitters uit om de bestaande accountantskantoren te laten evolueren naar de wensen en verlangens van de huidige tijd. Zorg voor meer diversiteit, maak kleine wendbare teams waardoor er ruimte is voor menselijkheid. Je zult zien dat er vriendschappen ontstaan onder de mensen, die elkaar ondersteunen en inspireren. Door persoonlijke betrokkenheid ontstaat commitment, worden lastige vraagstukken van klanten met elkaar uitgewerkt, wordt lief en leed met elkaar gedeeld, ontstaat er menselijke verbinding. Teams die voor elkaar door het vuur gaan!
Ik zie dat partners veelal op grote afstand staan, ten opzichte van de klant en ten opzichte van het team. Dat model heb ik nooit begrepen, maar is ook niet meer houdbaar. De huidige teneur is dat je ‘het hebt gehaald en gemaakt’ als je eenmaal partner bent. Dat werkt hiërarchische carrièrelijnen in de hand. Maar in het werkveld gaat het om kennis van de klant, kennis van het team, betrokkenheid op de opdracht, uitoefening van het ambacht. De tekenend accountant is de belangrijkste speler in het controleteam, dus terug naar de voeten in de klei!
Weg met afdeling Compliance
De accountant is in mijn ogen ‘de heer en meester van zijn vak’ en dient overtuigd te zijn van de teamprestaties. Dan is de afdeling Compliance vaak een blok aan je been. Steeds vaker krijgt die afdeling een belangrijke beslissing in de besluitvorming, maar dat kan helemaal niet. Het is de tekenend accountant die moet komen tot professionele oordeelsvorming.
Weg dus met de afdeling Compliance; gebruik deze capaciteit, energie en focus bij de uitoefening van ons ambacht. En als er vaktechnische vragen zijn, stel ze aan elkaar. Waarom geen overleg met een ander controleteam of een ander kantoor? Ook hierin kan de NBA een goede verbindende rol vervullen. Durf te kiezen en zet in op succesvolle teams. Ondersteun de klant, zorg voor een gezonde balans in de uitvoering van de opdracht en bouw met elkaar aan het terugbrengen van een hoog moreel besef.
AFM als partner
Steeds vaker zie ik gedrag van collega’s in de trant van ‘schuilen achter de wettelijke regels vanwege de AFM’; oftewel: de toezichthouder bepaalt steeds meer de uitoefening van ons vak.
Is dat zo? Kan dat niet anders? Het is heel goed dat de AFM meekijkt op onze dossiers, maar waarom altijd achteraf? Bij grote en risicovolle opdrachten is het wellicht verstandig om op een aantal dossieronderdelen consultaties te hebben met de AFM, zodat alle maatschappelijke belangen voldoende worden afgewogen. We kunnen de AFM toch ook zien als partner?!
Regels en wetten zijn tenslotte ook maar door iemand verzonnen. We moeten het lef hebben om ook buiten deze kaders te kijken en afwegingen te maken. Lef en onconventioneel, zodat onze vaktrots in volle glorie terug komt. Precies zoals ook Berry Wammes aangeeft in zijn commentaar op het boek Bean Counters.
Herstel het ambacht in ere. Met onze aartsvaders als inspirator moet dat toch lukken.
”Aartsvaders” is geschreven voor de Accountant.nl